Welkom bij

Categorie:

Datum: 22-11-2021

Wat is de invloed van groei op de ontwikkeling van een hockeyer?








De afgelopen periode kwamen er vragen binnen over groeispurt van kinderen in relatie tot hun belastbaarheid.

Vragen als: Wat is de groeispurt? Zorgt de groeispurt voor meer blessures? Hoe kun je die voorkomen?




Voor ouders, trainers, coaches, spelbegeleiders en vrijwilligers van opgroeiende kinderen beantwoord ik de 4 belangrijkste vragen over de groeispurt.


  1. Wat is de groeispurt?
  2. Waardoor wordt een kind in de groeispurt kwetsbaarder voor blessures?
  3. Welke blessures kan een kind in de groeispurt oplopen?
  4. Hoe kun je kinderen in de groeispurt het beste trainen?



AD1)

De groeispurt is de periode waarin kinderen extra snel groeien. Hij vindt plaats aan het begin van de tienerjaren en is van invloed op het lichaam van kinderen. Meisjes doorlopen eerder deze groeispurt, maar vindt voor iedereen plaats tussen 10 en16 jaar. Het verschil ontstaat door de periode waarin de hormonale veranderingen bij jongens en meisjes plaats vindt.



AD2)

Een sportend kind is tijdens de groeispurt kwetsbaarder voor blessures. Dit komt doordat er tijdens de groeispurt van alles verandert in het brein en aan het lichaam van een kind:


  • De ledematen groeien sneller dan de romp, waardoor het wat slungeliger wordt en de motoriek veranderd;
  • Het kind kan moeite hebben met de coördinatie en moet eraan wennen dat hij of zij anders beweegt;
  • De botten groeien sneller dan de spieren, waardoor er een disbalans ontstaat in de aansturing tussen kracht en stabiliteit;
  • De hormoonhuishouding, de gewrichtsstijfheid en de botdichtheid veranderen.



AD3)
We onderscheiden 2 soorten blessures:

1. acute blessures


2. overbelastingblessures



1. Acute blessures zijn blessures waar een traumamoment aan vooraf is gegaan, zoals een ongeluk, een botsing of een val op het veld. Denk bijvoorbeeld aan een gescheurde enkelband, polsbreuk of verdraaide knie. De kans op acute blessures is tijdens de groeispurt groter. Dit heeft niet alleen te maken met de verminderde aansturing, maar ook met de veranderde botdichtheid: hierdoor zijn de botten relatief zwakker en neemt de kans op fracturen toe.


2. Overbelastingblessures ontstaan meer geleidelijk. Kinderen zijn tijdens de groeispurt minder belastbaar, waardoor de kans op dit soort blessures toeneemt.. Ze kunnen bijvoorbeeld sneller last krijgen van de kniepees of de achillespees.



AD4)


Als we kinderen in de groeispurt toch goed en verantwoord willen trainen dan gaat dit in essentie over breed motorisch opleiden met een gevarieerde belasting.




Lenigheid en wendbaarheid:


Rondom, maar zeker ook tijdens de groeispurt, neemt de lenigheid van kinderen af. Dus dat betekent veel mobiliteitsoefeningen doen! Het rekken en strekken van spieren is daarvoor belangrijk. Maar ook vormen van Yoga en het soepel houden van de gewrichten horen tot het aanbod.



Kracht en stabiliteit:


Fysieke training is belangrijk voor jonge sporters. Als ze tijdens hun hockeytraining ook op een speelse manier aan krachttraining doen, verbeteren ze niet alleen hun kracht, maar verlagen ze ook het risico op blessures en zorgen ze voor sterkere botten. Het blijft wel voer voor discussie voor veel trainers. Zo bestaat het idee dat krachttraining bij kinderen de groei zou kunnen remmen of dat het tot blessures zou leiden. Dat is echter niet waar, mits de training op een verantwoordelijke manier (= speels en alleen met eigen lichaamsgewicht) gedaan wordt. Het is daarbij belangrijk dat kinderen de techniek van de oefeningen goed beheersen. Het doen van krachttraining kan dus een bijdrage leveren aan het vergroten van de belastbaarheid en daarmee het voorkomen van blessures. Bovendien is het een leuke afwisseling van de training en warming-up.



Sprint en duurvermogen:


Vóór de groeispurt heeft het weinig zin om het uithoudingsvermogen te trainen omdat er nauwelijks verbeteringen optreden in het anaerobe en het aerobe systeem . Wel kun je ze breed coördinatie spelletjes laten doen, waarin ze op een interval manier en speelse wijze toch aan hun fitheid werken. Het rennen van shuttles tot en met de D leeftijd is niet zinvol en kan leiden tot een verhoogd risico op blessures



Motorische ontwikkeling en coördinatievermogen:

Het is goed om meerdere beweegactiviteiten aan te bieden. Zeker in de huidige maatschappij, waarin we een meer zittende leefstijl hebben en kinderen minder bewegen. Door gevarieerd te bewegen verbeteren ze hun motoriek. Ook is het goed om tijdens de hockeytraining andere bewegingsvormen aan te bieden dan enkel hockey. Zoals een potje trefbal, voetbal of coördinatieoefeningen in de warming-up.



Of door tijdens de spel/oefen- en wedstrijdvormen te variëren met materiaal. Dat is niet alleen leuk voor de afwisseling maar ook kinderen ontwikkelen zich zo motorisch op een bredere manier, krijgen betere en bredere motorische vaardigheden en belasten hun het lichaam en geest op een andere manier.

Waarmee de botten sterker worden en het risico op blessures in de groeispurt kleiner wordt.



Bij Quick Stick

heeft onder meer deze kennis, de visie van de KNHB, het nationaal sportakkoord en de eigen ervaringen ertoe geleid dat we een nieuwe opleidingsvisie hebben ontwikkeld voor de jeugd. Deze is in beeld hieronder afgebeeld:





In navolging van deze visie zullen we de aankomende jaren spelers en de teambegeleiding gaan opleiden.





Met sportieve groet,

Jos van Kimmenaede.





Share by: